Altijd leven met een “misschien”: voor de sociale contacten is dit alvast een dooddoener. En voor mezelf ook. Want ik zou zo graag eens voluit “ja” of “nee” kunnen zeggen op uitnodigingen of afspraken.

Het is alleszins heel frustrerend om die “misschien” zo vaak en zo snel te moeten inroepen. Helemaal in het begin van mijn revalidatie ging ik nog vaak voor een “volle ja” en was de teleurstelling dan ook groot als ik merkte dat het me toch niet lukte. Dat is meermaals gebeurd. Zulke ervaringen waren verantwoordelijk voor zo’n 63% van mijn mentale inzinkingen. Mijn tegenreactie was erna dan ook om extreem voorzichtig te zijn en bijna niet meer op afspraken of uitnodigingen in te gaan. “Want het zal me toch weer niet lukken.” Van die mindset word je dan ook weer niet vrolijk en dan staat die deur naar een kluizenaarsbestaan plots wagenwijd open.

Wat moet je dan wel doen? Tja, de dagen en dus ook je NAH nemen zoals het komt. Kijk wat er kan, blijf dromen, maak plannen, ga toch eens in op een uitnodiging of afspraakje. Wie weet valt het supergoed mee!

En moet je toch weer gaan voor die “misschien”? Hou dan de volgende oorwurm maar in het achterhoofd:

“Een andere keer misschien

dan blijven we wel slapen

en kunnen dan misschien als het echt moet,

wat over koetjes, voetbal en de lotto praten,

nou dag tot ziens, adieu het gaat je goed.”

– Herman van Veen –