Regelmatig krijg ik wel eens te horen dat ik “toch wel sterk ben en dus geen hulp nodig heb” of dat “dingen bij mij wel vlotter zullen gaan omdat ik altijd zo positief blijf”. Op het eerste zicht zijn dit complimenten en ik denk dat ze ook wel meestal positief bedoeld zijn. Waarom heb ik er dan toch altijd een raar gevoel bij als ik deze opmerkingen krijg?

Ik denk dat het komt omdat leven met NAH voornamelijk een onzichtbare last is, maar zichtbaar of niet, het is en blijft een zware rugzak om te dragen. Op sommige dagen lijkt ie misschien wel lichter, maar voor je het weet, voelt die lading weer veel zwaarder. Alsof het plots volgestouwd zit met lood.

Intussen heb ik ook geleerd dat het niet veel opbrengt om constant te klagen dat de rugzak zwaar weegt. Hij wordt er in ieder geval niet lichter door. Dus ja, ik draag die rugzak. En neen, ik toon niet constant hoe zwaar hij is. Want of ik het nu wil of niet, hij moet en zal toch gedragen worden. De rugzak hangt als het ware vast aan mijn lichaam en kan ik nooit meer losmaken. Ik kan me er enkel in berusten dat ie er altijd zal zijn en ik hem (beter) moet leren dragen.

Dus bij deze: het is niet omdat iemand zijn rugzak goed probeert te dragen dat ie dan niet zwaar kan zijn. Integendeel, iedere helpende hand kan de lading misschien telkens een beetje meer draaglijk maken. Maar ook als rugzakdrager zelf mag je zeker aangeven dat die rugzak er is en dat ie soms toch meer doorweegt dan anders en dat alle hulp dan extra welkom is.